Liefde maakt blind

En dan loop je risico’s.

Met steeds grotere verwondering kijk ik de afgelopen tijd naar KLM. Waarom gedraagt de top van een gerenommeerd bedrijf zich zo? Wat drijft hen? En overzien ze de consequenties wel?

Tijdens de coronacrisis kreeg KLM miljarden aan steun. Maar kortgeleden werd pijnlijk duidelijk dat het bedrijf zich niet aan de bijbehorende voorwaarden heeft gehouden. Het eindrapport van de betrokken staatsagent laat aan duidelijkheid niets te wensen over. En de interviews met hem, in de Volkskrant en Follow The Money, kleuren het gedrag van de top nog verder in.

Zo speelde KLM publiekelijk op de man en stelde het bedrijf ook de competentie van die staatsagent ter discussie. Dan trek je een behoorlijk grote broek aan. In een context waar enige terughoudendheid en bescheidenheid beter passend was geweest.

Waarom doet KLM dit? Waar komt dit gedrag vandaan?

Het bedrijf bestaat intussen ruim 100 jaar en heeft een sterke familiecultuur. Het ‘blauwe gevoel’ zit in de vezels van de organisatie. De mensen die er gaan werken zijn meestal al een beetje verliefd en nemen de mores en codes van die blauwe familie dan ook graag over. Trots is daarbij een belangrijk kenmerk.

Nu is er niks mis met trots. Maar in combinatie met zo’n naar binnen gekeerde familiecultuur leidt het in dit geval tot een gebrek aan zelfreflectie. En dat vormt voor de toekomst van het bedrijf een minstens zo groot risico als het door de staatsagent genoemde magere financiële vermogen.

Want als je gered wordt door de samenleving, mag je van de leiding toch fatsoen, dankbaarheid en volwassenheid verwachten. Dat is ook waar diezelfde samenleving, inclusief het talent van de toekomst, je op beoordeelt. Maar van volwassen gedrag is hier nog geen sprake. 

Ik heb er begrip voor dat KLM moet wennen aan veranderende omstandigheden.  Maar in het belang van het bedrijf wordt het nu tijd om die historisch gewortelde 'zelfliefde' stevig én liefdevol te gaan bevragen. En daar ligt een schone taak voor de RvC. Vorige week schreef ik er al over in de Volkskrant. Want een RvC moet immers de belangen van alle stakeholders bewaken en samen met de directie morele dilemma’s wegen. Dat vraagt om een frisse blik en wat minder adoratie. 

‘Lieve leiders’ doen dat.

Zij dragen het bedrijf een warm hart toe, en brengen tegelijkertijd een groot inlevingsvermogen en begrip voor de buitenwereld mee. Zelfreflectie is hun tweede natuur en ze nemen daar ook hun collega’s in mee.

Zij delen het enthousiasme en de trots, maar hebben ook de moed om die trots te bevragen en er een nieuwe lading te geven. Een lading die beter past bij het hier, nu en straks. Een lading die je opnieuw trots maakt op je bedrijf. Maar nu omdat het zijn maatschappelijke verantwoordelijkheid neemt.

Ik schrijf er een boek over.

Dat soort leiders en commissarissen gun je KLM. En elke andere organisatie. Toch?

Hier lees je het hele stuk.